Esther Stouten. Passie in ontmoeten / passie en ontmoeten
Wie iets langer dan een paar minuten praat met Esther Stouten (lid sinds augustus 2017) over kleding en geschiedenis krijgt de neiging om mee te willen doen, om ook zelf aan de slag te gaan en bijvoorbeeld een middeleeuws kostuum te maken en te dragen. Enthousiasme en passie heeft Esther in overvloed.
Passie voor historische kostuums en kleedgedrag: wat droegen mensen in vroeger tijden, van de vroege Middeleeuwen tot het begin van de twintigste eeuw? Hoe zagen die kledingstukken eruit? Hoe zaten ze in elkaar? Het begint met onderzoek; met behulp van bronnen als prenten en manuscripten (en Internet!) probeert ze erachter te komen hoe bijvoorbeeld een vroegmiddeleeuwse mantel eruit zag en hoe die was gemaakt. Elk snippertje informatie leidt tot een volgend spoor en zo bouwt ze haar kennis op tot de kleinste details.
Vervolgens probeert ze zo waarheidsgetrouw zo’n kledingstuk te maken: geen kopie van, maar een eigen stuk op basis van haar onderzoek. Hoe verder terug in de tijd hoe moeilijker het is om betrouwbare gegevens te vinden: er is weinig bewaard gebleven en wat er is, is tot op de draad versleten/opgelapt/aangepast. Textiel was schaars en duur; kleding maken was arbeidsintensief: van spinnen tot weven tot naaien, zeker in de Middeleeuwen moest men alles zelf doen. Esther: “Dan wil je wel lappen tot het echt niet meer kan.” Een waarheidsgetrouw kostuum maken is geen snel klusje: een vroegmiddeleeuwse jurk kost haar een maand, een victoriaanse japon (inclusief alle onderlagen) houdt haar wel een jaar bezig. Alle gemaakte kleding bewaart ze; soms leent ze iets uit. Haar meest favoriete stuk is datgene waar ze net mee klaar is, tót ze aan een nieuw kostuum begint….
Levende geschiedenis
Na onderzoek en maken komt de volgende stap: dragen. Esther is actief in Levende Geschiedenis: het verleden letterlijk proberen te herleven en te beleven door zich terug te plaatsen in die tijd, die omstandigheden en met die kleding. Want: kleding leidt tot gedrag. In haar 19e-eeuwse werkkleding wordt Esther anders bekeken en behandeld dan wanneer ze een mooie japon met crinoline uit die tijd draagt. Als haar zoon een 19-eeuws herenkostuum draagt, zit en loopt hij anders, alleen al door die smalle rugpanden. Zoonlief houdt desondanks zeer van die mooie Victoriaanse herenkostuums, net als van de vroegmiddeleeuwse kleding: die was eenvoudig en praktisch en goed draagbaar. Dat geldt niet voor de laatmiddeleeuwse broeken met losse pijpen, zeer oncomfortabel volgens zoon. Esther: “Wie bedenkt zoiets?” En, waarom wordt zoiets populair? Iets wat ze zich ook weleens af vraagt bij het zien van de hedendaagse spijkerbroeken: meer gat dan broek. “Ik heb dan meteen de neiging om ze te gaan stoppen.”
Esther Stouten. Foto Cilia Brandts FotografieLiefde voor kleding en kleding maken heeft ze met de paplepel ingekregen: haar oma was costumière, zij leerde haar eigen dochter naaien en gaf haar kleindochter een naaimachine voor haar 5e verjaardag. Oma vond het fantastisch om te zien hoe Esther hier mee verder ging, ook toen ze dat met het ouder worden zelf niet meer kon.
Zoals zij kennis en vakmanschap heeft meegekregen van haar moeder en oma, zo wil Esther haar kennis en passie overdragen aan anderen. Dat doet ze bij de activiteiten van haar groep “Levende Geschiedenis”, maar bijvoorbeeld ook als pedagogisch medewerker op een buitenschoolse opvang. Ze wil de kinderen laten ervaren dat mensen vroeger net als wij waren en dicht bij ons staan. Ze vindt het dan ook jammer dat vakkennis en ambachten verloren dreigen te gaan. Ook hier probeert ze met haar onderzoek en activiteiten wat aan te doen. Via de Kostuumvereniging ontmoet ze anderen die haar passie voor kostuums en kostuumgeschiedenis delen, iets wat haar ook weer inspireert en stimuleert. Dat is het belangrijkste: onderzoeken, delen en doorgeven, zó blijft geschiedenis leven.
Tekst: Erna de Groot